
Muren vormen de scheidingslijn tussen binnen en buiten, maar ook tussen ruimtes onderling, net zoals vloeren en plafonds de etages van elkaar isoleren. Door te werken met ramen en glazen deuren, maar ook met beloopbaar glas en dakvensters heeft Christophe Baetens die scheiding geminimaliseerd en het droomhuis van Chantal en Dimitri werkelijkheid gemaakt. De architect ontwierp een hoogst originele woning, opgetrokken in ruw beton, die mede dankzij de visuele openheid een optimale beleving mogelijk maakt van de ruimte.
Openheid in drie dimensies
Een poort, carport en raamloze voorgevel houden de drukke verkeersweg buiten. De voorgevel wordt optisch verlengd langs beide kanten door twee tuinmuren, zodat de provinciale weg ook vanuit de tuin niet zichtbaar is. Daar houdt de afgeslotenheid dan ook bij op. De woning kenmerkt zich door openheid, in hoogte, breedte en lengte, dus in drie dimensies. De inkomhal is de enige ruimte die enigszins traditioneel is, met links een korte gang die eindigt bij een toilet. Vanuit deze gang kan de betonnen trap worden afgedaald naar de kelder, die volledig onder de woning doorloopt. “Wij zijn fanatieke sporters”, zegt de bewoonster, “dus we gebruiken de kelder als fietsenstalling, maar ook als fitnessruimte. Daarom hebben we er een douche geïnstalleerd waar we ons na het trainen kunnen afspoelen.” Ze gebruiken de kelder ook als thuiswerkplek en berging. De kamer waar de technische installaties zijn ondergebracht fungeert tevens als een soort bijkeuken, terwijl er achter de fitnessruimte tegen de wand plek is gemaakt voor wandkasten. Zelfs onder de trap is een deur geplaatst, waarachter weer een extra opbergruimte zichtbaar wordt. Maar het meest opvallende aspect aan deze ondergrondse verdieping is het gevoel níét in een kelder te staan. Een groot raam en loopglas in het plafond laten voldoende daglicht binnen. Treden in hetzelfde beton als binnenshuis leiden rechtstreeks naar de achtertuin.
Inzicht in de garage
De woonkamer en keuken op het gelijkvloers zijn aan twee kanten volledig transparant. Drie, als je het metershoge raam meerekent, dat inzicht geeft in de garage. Om de visuele band met de leefruimtes te versterken hangt aan de zijwand van de garage een groot kunstwerk. “Wij wonen hier met onze dochter en hebben dus geen enorme woonoppervlakte nodig”, zegt de bewoonster, “maar zoveel méér meters konden we ons ook niet financieel veroorloven. Dat we voor deze vorm van openheid kozen is deels een kwestie van comfort, maar deels ook van budget. Dat heeft Christophe Baetens heel goed begrepen en ook vertaald in een plan.” Een plan dat ook rekening hield met tal van suggesties die de beide bewoners deden. “Ik wilde bijvoorbeeld een overkapping, zodat we een zithoek buiten konden creëren waar we drie van de vier seizoenen gebruik van kunnen maken”, aldus de bewoner. Om geheel in kleurenstijl te blijven kozen ze vervolgens voor zwarte tuinmeubelen in aluminium en witte tuinmeubelen van kunststof, maar met een licht betonnen look. “We hebben bewust gespeeld met het contrast tussen zwart en wit”, zegt de bewoonster. “Bepaalde rails of ventilatiestukken konden enkel in grijs worden geleverd, maar wij wilden dan per se zwart. Soms moesten we lang aandringen en op onze strepen staan, maar de leveranciers vonden uiteindelijk altijd wat wij zochten.”
Een wasbak
Op het gelijkvloers heb je de indruk dat de buitenmuren tussenwanden zijn en de leefruimte zich ook buiten het glas uitstrekt. Boven is dat gevoel minder en toch niet helemaal weg. Omdat er achter in de tuin een tiental hoge bomen zijn blijven staan, is het uitzicht weids. En ook hier is nergens loze ruimte. De gang die de kamers met elkaar verbindt dient bijvoorbeeld tevens als dressing. De wanden zijn voorzien van hoge kasten. De ruimtes aan de voorzijde zijn een toilet en een was- annex strijkkamer. De badkamer heeft een raam aan de zijkant, maar is toch licht, dankzij een groot dakraam boven de regendouche. Die verdient zijn benaming daardoor dubbel en dwars. De badkamer oogt ook groter dan ze in werkelijkheid is. “Dat komt door de meterslange wandspiegel en het badkamermeubel uit één stuk”, legt de bewoner uit, “maar ook door onze keuze voor slechts één wasbak. Waarom altijd twee naast elkaar? Je gebruikt die in principe slechts tweemaal per dag vijf minuten lang, om je gezicht te wassen en je tanden te poetsen. Dat kan toch na elkaar? In plaats van een wasbak voor ieder afzonderlijk, hebben we wel gezorgd voor ruime lades, waarin ieder zijn spullen – van een haardroger tot een scheermes – kan onderbrengen. Wij hebben liever een ruim werkblad, veel plek om ’s ochtend kleding en spullen klaar te leggen. Veel praktischer.
Geruiloos opstaan
De gang die de kamers verbindt, loopt niet dood op een muur maar eindigt met een tweede deuropening naar de slaapkamer. Zo zijn de bewoners in staat elk aan hun kant van het echtelijk bed op te staan en via een van de schuifdeuren naar de dressing en badkamer te lopen, zonder de ander wakker te maken. Het creëert ook weer een gevoel van openheid en maakt de slaapkamer dus groter dan ze eigenlijk is. Net als het dakterras buiten het raam. “We hebben er even over gedacht daar een derde zithoek te maken”, zegt de bewoner, “maar het beveiligen van de rand met glas bleek erg duur en bij nader inzien: ga je daar werkelijk vaak zitten? Dus hebben we het maar laten vullen met kiezelstenen.” Het is het zoveelste bewijs dat deze bewoners heel zorgvuldig over elke vierkante meter van hun huis hebben nagedacht en steeds tot afgewogen beslissingen zijn gekomen. “Dat kost je veel tijd’’, geeft de bewoonster toe. “We zijn zeker een jaar aan het plannen en voorbereiden geweest en we hebben een groot deel van de werken, zoals het installeren van de technieken, zoals het sanitair inclusief het designbad, zelf gedaan. Ook al ben je erg handig, vergt weer nieuwe vaardigheden en goede voorbereidingen. Maar al die intensieve voorbereiding scheelt je ook geld en het resulteert in een huis en een inrichting waarover je honderd procent tevreden bent vanaf de dag dat je er eindelijk helemaal in kunt trekken.”
Fotografie: Nick Cannaert