
Bouwen op een berg biedt mogelijkheden. Je moet weliswaar extra voorzorgen nemen op het gebied van grondverzet, maar verliest bijvoorbeeld geen plaats voor de auto, omdat je rechtstreeks de kelderverdieping in kunt rijden. Voor deze woning op de zogeheten Chartreuzeberg maakte architect Reginald Schellen niet alleen op een praktische, maar ook op een speelse manier gebruik van de niveauverschillen. Zo werd er een infinitypool aangelegd, waarbij het lijkt of het water van het zwembad aan één kant het ravijn in duikt, een optisch effect dat blijft verrassen, ook als je weet dat het niet klopt.
De kenmerken van het terrein
De architect die voor het eerst een woning op een berg moet tekenen zal zich toch meer dan eens achter de oren krabben, maar Reginald Schellen draait er inmiddels zijn hand niet meer voor om. “Op de Chartreuzeberg heb ik al acht huizen gebouwd. De moderne architectuur is daarvoor ideaal, omdat de technieken en vormen zich hiertoe lenen. Een klassieke pastoriewoning neerzetten op een berg, dat is een heel ander verhaal. Het komt erop neer de kenmerken van het terrein te gebruiken en er niet tegen in te gaan. Op dit deel van de berg konden we bouwen in een bijzonder mooie omgeving. Ik had bovendien het voordeel van een opdrachtgever die bijzonder geïnteresseerd was in alle technische aspecten van het proces en die een woning wenste die op energetisch gebied bijzonder duurzaam zou worden. In alle opzichten een parel in de omgeving dus.”
Voldoende daglicht
De kelderverdieping is in zekere zin het eigenlijke gelijkvloers, maar vanuit de woning toch met een (aparte) trap te bereiken. Ze is erg ruim en bevat niet alleen een garage en een bergruimte maar ook een logeerkamer, voorzien van een eigen badkamer. “Omdat het niet moeilijk was de kelder van daglicht te voorzien, voelt het niet als een kelder als je er bent”, legt projectarchitect Maxim Coninx uit. “Het is dus niet alleen de ruimte op zich die het interessant maakte hier een logeerkamer in onder te brengen.”
Natuurlijke materialen
Voor de inrichting deed Schellen Architecten een beroep op een externe interieurarchitect, Roos Blower, van het gelijknamige bureau in Mechelen. In het optimale scenario versterken de architectuur van het interieur en het exterieur elkaar en dat is in deze villa overduidelijk het geval. Roos Blower maakte veelal gebruik van dezelfde natuurlijke materialen en wist in te spelen op de zichtlijnen die Schellen al had uitgezet. Het resultaat is een rustig, enigszins minimalistisch interieur, waarin alles goed op elkaar is afgestemd. Omdat de achtergevel volledig open is, wordt de blik van de bewoners echter vaak naar buiten getrokken. Die aantrekkingskracht weerspiegelt zich in beide terrassen die enerzijds direct aan de keuken en anderzijds aan de woonkamer staan, alsof ze uitnodigen naar buiten te stappen zodra het weer dit ook maar enigszins toelaat.
Een overdekt terras
De bovenverdieping wordt bereikt met een open trap. Ook hier blijft het contact met de omgeving belangrijk, en niet alleen visueel. Zo heeft de architect bij de master bedroom gezorgd voor een omvangrijk over-dekt terras. “Ik heb de buitenwereld verder naar binnen willen trekken door te kiezen voor minimalistische ramen. Ze zijn verzonken geplaatst en dan zijn de hoekopstellingen glas-op-glas om het effect nogmaals te versterken.” Zelfs in de badkamer is er ruim voldoende daglicht. Wie in het ligbad plaatsneemt heeft zicht op de takken van hoge bomen en ook staande aan de wastafels is er vanuit de ooghoeken altijd een glimp van buiten op te vangen.
Kwartsietsteen
De niveauverschillen werken op diverse manieren door. Zo liggen de woningen van de buren niet op gelijke hoogte, wat inkijk op zich al verhindert en het uitzicht vrijer maakt. De voorkant ligt hoger dan de straat, waardoor de entree via een brede stenen trap bereikt moet worden. “De voorgevel is breed en hoog, maar doordat er ook witte delen uit springen en andere, met glas, juist dieper liggen, komt ze absoluut niet massief over.’’ De contrastwerking tussen het witte pleisterwerk en de donkere pierre-de-vals-kwartsietsteen verleent de gevel zelfs een opmerkelijke schoonheid. De keuze van de juiste gevelsteen is een specialiteit van Reginald Schellen. Die hoeft niet per se uit België te komen. Pierre de vals wordt in Zwitserland gemaakt. Ze heeft zo’n speciale bekoring dat Reginald voor zijn eigen woning dezelfde keuze maakte.
Optisch effect
De achterkant kenmerkt zich door openheid en ruimte. De niveau-verschillen situeren zich niet zozeer achter maar naast de woning en dat stelde de architect in staat een optische bijzonderheid toe te voegen aan het zwembad. Zo lijkt het voor de argeloze bezoeker of de bewoners hier de tuin uit kunnen zwemmen. Het is een effect dat nooit verveelt en het doet de naam van de heuvel – de Chartreuzeberg – alle eer aan. Of je nu aan de voorzijde of aan de achterkant staat, in deze villa besef je altijd weer dat het wonen, net als het leven, zich nooit op één en hetzelfde vlak afspeelt.
Fotografie: Robin Van den Acker